Meerjarenbegroting
Meerjarenbegroting 2020-2023
Na het vaststellen van de Kadernota 2020 is een aanvang gemaakt met het opstellen van de begroting 2020 -2023. In de begroting wordt beleid uitgezet op basis van verwachte financiële mogelijkheden. De financiële positie is vaak onzeker omdat deze niet alleen afhankelijk is van de inzet / realisatie van eigen beleid, maar ook van de invloed van rijksbeleid, economische en nieuwe ontwikkelingen.
UITKOMSTEN MEERJARENBEGROTING 2020 - 2023
- = nadeel
+ = voordeel
MEERJARENBEGROTING 2 0 2 0 - 2 0 2 3 x € 1.000
2020
2021
2022
2023
1
Stand meerjarenbegroting in PRIMAIRE begroting 2019
924
1.081
718
778
Reeds genomen raadsbesluiten na begrotingsvaststelling:
- Aangenomen initiatiefvoorstel "Uitbreiding Griffie Bloemendaal"-59
-60
-62
-62
- Bijdrage GR Schoolverzuim en Voortijdig Schoolverlaten
-19
-21
-25
-28
- Aanpassing bijdragen begroting VRK 2020-2023
-62
-62
-62
-62
- VRK bluswatervoorziening
-7
-93
10
-1
- Outsourcing GRIT
12
20
11
-15
a
Zomernota 2019
-478
-435
-424
-424
b
Mutaties meerjarenbegroting 2020-2023 (saldo lasten en baten)
-418
-657
-849
-708
2
BIJGESTELDE STAND meerjarenbegroting 2020-2023 inclusief mutaties
-106
-228
-684
-523
Eliminatie opgenomen incidentele lasten en baten
486
607
-65
-68
Saldo materieel na correctie incidentele lasten en baten
-592
-835
-619
-455
c
Nog vast te stellen nieuwe voorstellen 1 t/m 26 door de raad
679
714
746
789
3
Saldo materieel na correctie incidentele lasten en baten
88
-121
127
335
De begroting 2020 begint met de primaire begroting 2019, met vervolgens de financiële consequenties van reeds genomen raadsbesluiten. In regel a zijn de structurele consequenties van de Zomernota 2019 te vinden en in regel b het saldo van de mutaties conform de uitgangspunten van de Kadernota en/of binnen het beleid van de gemeenteraad. Vervolgens geeft regel 2 dan de bijgestelde stand aan van de meerjarenbegroting inclusief mutaties. In regel 2c zijn de consequenties te zien van nieuwe voorstellen.
Regel 3 geeft het saldo weer na correctie voor incidentele lasten en baten en is van belang voor inzicht in het materieel, reëel en duurzaam begrotingsevenwicht.
Mutaties
Op grond van de kadernota 2020 en geschetste nieuwe, autonome ontwikkelingen, zijn financiële mutaties in de begroting verwerkt. Deze worden toegelicht in de begroting als een mutatie (of met elkaar samenhangende mutaties) groter is dan € 100.000.Nieuwe voorstellen
Wij doen u een aantal nieuwe voorstellen, waaronder investeringsvoorstellen en twee voorstellen betreffende een verhoging van de toeristen- en parkeerbelasting. In het financiële overzicht (regel c) ziet u de impact daarvan in de regel ‘nog vast te stellen nieuwe voorstellen’.Meerjarenbegroting
Uitgangspunten
BUDGETTAIR KADER 2020-2023
Naast de hiervoor genoemde grondslagen is de meerjarenbegroting 2020 - 2023 opgesteld met inachtneming van de in de Kadernota 2020 aangegeven financiële kaders. De kaders treft u hieronder aan:
Onderwerp
Voorstel
Sluitende begroting
De gemeenteraad ziet toe op een duurzaam materieel begrotingsevenwicht. Dit houdt in dat meerjarige structurele lasten door meerjarige structurele baten worden gedekt.
Interne budgetregels
Voorstellen met structurele financiële gevolgen worden niet tussentijds, maar alleen bij de begroting, in behandeling genomen. Tussentijdse voorstellen worden alleen bij Voor- en Najaarsnota behandeld mits ze onvoorzien, onvermijdbaar en onuitstelbaar zijn en bovendien incidenteel van aard. Voor andere en complexe nieuwe voorstellen dient, conform de verordening financieel beheer, een apart raadsvoorstel te worden gemaakt.
Ontwikkeling financiering en (toe te rekenen) rente
De rekenrente voor de begroting 2020 vast te stellen op 2,0%.
Autonome ontwikkelingen (inwoners/woningen)
In de meerjarenbegroting wordt voor zover mogelijk rekening gehouden met autonome ontwikkelingen inwoners/woningen die uit bouwprojecten voortvloeien. De zogenoemde volume-aanpassingen. Hierbij wordt er bovendien vanuit gegaan, dat tegenover de stijging van de baten (OZB + Algemene uitkering), een stijging van de lasten staat wegens infrastructurele en sociaal maatschappelijke kosten. De budgethouders dienen dit aan te geven.
Loon-/prijscompensatie
1. De personeelsbudgetten worden vanaf 2020 jaarlijks met 2,2% geïndexeerd;
2. De prijsgevoelige budgetten worden vanaf 2020 met 1,7% verhoogd;
3. De subsidies worden vanaf 2020 met 1,7% verhoogd.Gemeentefonds
Over de effecten van de mei/juni circulaire 2019 is nog niets bekend, de raad wordt met een separate brief geïnformeerd.
Relatie WOZ-herwaardering met OZB-tarieven
Als in het WOZ-tijdvak (1-1-2018 tot 1-1-2019) sprake is van
waardestijgingen/-dalingen, dan vindt, rekening houdend met, de beschikbare belastingcapaciteit een verrekening plaats via een evenredige verlaging/verhoging van de OZB-tarieven 2020. Hierdoor is er geen sprake van een structurele meer-/minderopbrengst m.i.v. 2020 als gevolg van de mutaties in de belastingcapaciteit.Heffingen/belastingen
Continuering van bestaand beleid:
1. De OZB, gewone precariobelasting, toeristenbelasting en leges worden in 2020 trendmatig met 1,9% verhoogd. Op grond van de gegevens uit de mei/juni circulaire 2019 kan dit percentage nog worden aangepast (NB: precario op netwerken mag vanaf 2017 niet verder verhoogd worden);
De overige inkomsten heffingen en huren worden ook met het gemiddelde van loonkosten en materiële kosten verhoogd (1,9%);
2. De parkeerbelastingen worden in 2020 op basis van hetzelfde inflatiecijfer met € 0,05 per uur verhoogd (of met eenzelfde verhoging als de gemeente Zandvoort);
3. De afvalstoffenheffing, rioolheffing en grafrechten worden slechts trendmatig verhoogd indien het niveau van 100% kostendekking nog niet is bereikt.
4. Het beleid is om de tarieven toeristenbelasting en parkeertarieven van de gemeente Zandvoort als uitgangspunt te nemen.Investeringen
Er worden voor de periode 2020-2023 alleen investeringen in de begroting geraamd die in het betreffende begrotingsjaar ook tot uitvoering komen. Bij de aanlevering voor de begroting worden op basis van concrete plannen van aanpak (capaciteit, tijd en geld) voorstellen ingediend om opname van de investeringen in de meerjarenbegroting te bewerkstelligen.
In geval van zeer hoge urgentie kan van deze beleidslijn worden afgeweken. D.w.z. dat de gemeente of derden bij uitstel risico’s lopen waaruit mogelijk ook schadeclaims kunnen voortvloeien.
Zie verder hoofdstuk 4 ‘Ontwikkelingen’ en 5 ‘Investeringen’.Eigendommen
De opbrengsten eigendommen (verkochte woningen) en andere activa worden toegevoegd aan de bestemmingsreserve ‘afbouw schulden’. De opbrengsten worden gebruikt voor het aflossen van schulden voor zover de flexibele algemene reserve meer dan 3% van het begrotingstotaal bedraagt. Bij het opstellen van de jaarrekening wordt beoordeeld of de omvang van de flexibele algemene reserve tenminste 3% van het begrotingstotaal bedraagt. Zo nodig wordt de flexibele algemene reserve aangevuld vanuit de bestemmingsreserve afbouw schulden.
Ontwikkeling schuldpositie / investeringsplafond
De schuldpositie van de gemeente staat onder druk. De ontwikkeling van de schuld van de gemeente wordt gevolgd met financiële kengetallen in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. De meeste schulden worden gemaakt voor investeringen. De gemeenteraad heeft op 3 november 2016 besloten om te streven naar een bruto schuld van maximaal € 40 miljoen en een solvabiliteit van 50%. Er dient een integrale afweging te worden gemaakt tussen de meerjaren investeringen enerzijds en het beoogde schuldniveau anderzijds. Zie ook de tussenrapportage Bloemendaal financieel duurzaam.
Meerjarenbegroting
Grondslagen
Exploitatiebegroting
Het Besluit Begroting Verantwoording (BBV) schrijft o.m. voor dat het begrotingsstelsel van baten en lasten van toepassing is voor de gemeentebegroting en dat de begroting structureel in evenwicht moet zijn. Dit houdt feitelijk in, dat de jaarlijks terugkerende lasten gedekt moeten worden door jaarlijks terugkerende baten.
Uitgangspunten BBV
Belangrijke uitgangspunten in het BBV voor het opstellen van begroting en rekening zijn, dat:- baten en lasten op dezelfde wijze worden gerangschikt;
- baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben;
- dat activa worden gewaardeerd en afgeschreven conform door uw raad vastgestelde richtlijnen.
Deze richtlijnen zijn opgenomen in de financiële verordening ex artikel 212 Gemeentewet.
- vanaf 2017 rentomslagstelsel verplicht;
- vanaf 2017 moeten nieuwe investeringen met maatschappelijk nut geactiveerd worden;
- vanaf 2017 worden overheadkosten inzichtelijk gemaakt.
Verordening Financieel Beheer
In de Verordening financieel Beheer Bloemendaal 2018 en in de Nota Activabeleid 2018 (vastgesteld in de raadsvergadering van 21 december 2017) zijn de volgende waarderingsgrondslagen opgenomen:1
De kosten verbonden aan het afsluiten van geldleningen en het saldo van (dis)agio worden direct ten laste van de exploitatie gebracht;
2.
Kosten van onderzoek en ontwikkeling worden direct ten laste van de exploitatie gebracht en bij uitzondering – indien geactiveerd – in maximaal 5 jaar afgeschreven;
3.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden worden geactiveerd en de afschrijvingsduur is gelijk aan die van soortgelijke activa waar de gemeente zelf in heeft geïnvesteerd;
4.
Activa met een aanschafwaarde van minder dan € 25.000 worden niet geactiveerd;
5.
Activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Rente wordt niet geactiveerd;
6.
Niet-compensabele of niet-verrekenbare BTW wordt opgeteld bij de verkrijgings- of vervaardigingsprijs;
7.
Afschrijvingen vinden plaats op basis van de lineaire afschrijvingsmethode;
8.
De afschrijvingstermijnen, zoals hieronder, worden als basis gehanteerd voor het afschrijven van vaste activa. In bijzondere gevallen kan hiervan bij een besluit van de raad – bij het vaststellen van het krediet – worden afgeweken:
Afval
Termijn
Ondergrondse inzamelcontainers
15 jaar
Rolemmers
15 jaar
(Bedrijfs)gebouwen
Nieuwbouw
40 jaar
Verbouwkosten: gebruiksduur verlengend
40 jaar
Verbouwkosten: niet gebruiksduur verlengend
25 jaar
Uitbreiding
40 jaar
Duurzame aanpassingen, o.a. zonnepanelen
20 jaar
Bedrijfsmiddelen
Auto’s en zwaar materieel
8 jaar
Gereedschap en hulpmiddelen
10 jaar
Gronden en terreinen
Grond
niet
Groen/plantsoenen
Aanleg
50 jaar
Herinrichting/renovatie
30 jaar
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken
Riolering:
Riolering (vernieuwing)
70 jaar
Gemalen bouwkundig
45 jaar
Gemalen elektro + mechanisch
15 jaar
Persleidingen
45 jaar
Drukriolering bouwkundig
45 jaar
Drukriolering elektro + mechanisch
15 jaar
IBA’s (individuele behandeling van afvalwater)
20 jaar
Randvoorzieningen bouwkundig
70 jaar
Randvoorzieningen elektro + mechanisch
15 jaar
Drainage / DT-riolering
40 jaar
Infiltratievoorzieningen
70 jaar
Deep Wells
15 jaar
Begraafplaatsen:
Aanleg begraafplaatsen
40 jaar
Weg- en waterbouw:
Eerste aanleg wegen, fiets- en voetpaden
50 jaar
Reconstructie en herinrichting wegen, fiets- en wandelpaden
25 jaar
Civiele kunstwerken (bruggen): hout
25 jaar
Civiele kunstwerken (bruggen): staal en beton
50 jaar
Verkeersregelinstallaties
15 jaar
Openbare verlichting: masten
40 jaar
Openbare verlichting: armaturen
20 jaar
Beschoeiingen
30 jaar
Voorziening ligplaatsen
15 jaar
Parkeerautomaten
8 jaar
ICT
Automatiseringsprojecten(hard- en software)
3 jaar
Website
3 jaar
Mobiele apparatuur (telefoon, etc.)
3 jaar
Kantoorinrichting
Meubilair, inventaris en kantoorapparatuur
10 jaar
Technische installaties (telefooncentrale)
8 jaar
Onderwijs
Schoolgebouw: nieuwbouw
40 jaar
Uitbreiding en renovatie schoolgebouwen
25 jaar
Gymnastieklokalen: nieuwbouw
40 jaar
Gymnastieklokalen: verbouwing
25 jaar
Eerste inrichting, meubilair
15 jaar
Onderwijsleerpakket
15 jaar
Brandbeveiliging
10 jaar
Tijdelijke uitbreiding huisvesting (noodlokaal)
5 jaar
Sportvelden
Kunstgras:
- toplaag
10 jaar
- sporttechnische laag
20 jaar
- onderbouw (zand en drainage)
35 jaar
Natuurgras:
- toplaag
10 jaar
- onderbouw (incl. drainage)
15 jaar
Overige sport
- tennisveld gravel
15 jaar
9
De afschrijvingen starten in het jaar na aanschaf of voltooiing van het actief.
10
Aan de geactiveerde activa wordt rente toegerekend over de boekwaarde op 1 januari van
het betreffende actief.11
De bevoegdheid tot het toekennen, wijzigen en afsluiten van een investeringskrediet
berust bij de raad. In principe worden kredieten na een periode van drie jaar afgesloten.Financiële vaste activa
De aan derden verstrekte geldleningen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
Belegde middelen
De gemeente heeft geen middelen uitstaan.
Vlottende activa
- De voorraden worden gewaardeerd tegen aanschaffingsprijs.
- De vorderingen en de liquide middelen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Vreemd vermogen
- De langlopende schulden hebben een looptijd van 1 jaar en 1 dag of langer.
- De kortlopende schulden zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Meerjarenbegroting
Recapitulatie programma's
Lasten
Baten
Kolom
Kolom
Kolom
Kolom
(Bedrag x € 1.000)
1
2
3
4
5
6
7
8
5-1
6-2
7-3
8-4
Programma's excl.
reservesBegr.
2020Begr.
2021Begr.
2022Begr.
2023Begr.
2020Begr.
2021Begr.
2022Begr.
2023Begr.
2020Begr.
2021Begr.
2022Begr.
2023Bestuur en ondersteuning
-13.128
-13.524
-13.861
-14.407
36.773
37.232
37.000
37.922
23.645
23.709
23.139
23.516
Veiligheid
-2.290
-2.384
-2.296
-2.413
15
16
16
16
-2.275
-2.368
-2.280
-2.397
Verkeer, vervoer en waterstaat
-2.977
-3.038
-3.061
-3.090
133
135
137
138
-2.845
-2.903
-2.923
-2.951
Economie
-112
-114
-115
-117
1.164
1.186
1.209
1.232
1.052
1.073
1.094
1.115
Onderwijs
-2.014
-2.022
-2.038
-2.039
139
141
143
146
-1.875
-1.880
-1.895
-1.894
Sport, cultuur en recreatie
-5.450
-5.528
-5.608
-5.657
1.075
1.096
1.116
1.138
-4.375
-4.432
-4.491
-4.519
Sociaal domein
-15.159
-15.068
-15.132
-15.161
2.732
2.732
2.732
2.732
-12.427
-12.336
-12.399
-12.429
Volksgezondheid en milieu
-7.657
-7.867
-7.835
-7.884
7.529
7.715
7.894
8.071
-129
-153
58
187
Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing
-1.751
-1.787
-1.824
-1.862
1.046
1.066
1.087
1.108
-705
-721
-737
-754
Totaal
-50.539
-51.331
-51.770
-52.629
50.606
51.319
51.334
52.503
67
-12
-436
-126
Toev./ onttrekking
reservesProgramma 0
106
228
684
523
106
228
684
523
Programma 1
25
25
25
25
25
25
25
25
Programma 2
Programma 3
Programma 4
Programma 5
Programma 6
106
106
Programma 7
-57
-59
-60
-61
205
207
204
205
148
148
144
144
Programma 8
Totaal
-57
-59
-60
-61
443
459
913
753
385
401
853
692
Programma's incl.
reservesBestuur en ondersteuning
-13.155
-13.552
-13.889
-14.436
37.216
37.692
38.138
38.900
24.061
24.140
24.248
24.464
Veiligheid
-2.290
-2.384
-2.296
-2.413
15
16
16
16
-2.275
-2.368
-2.280
-2.397
Verkeer, vervoer en waterstaat
-3.653
-3.726
-3.760
-3.801
133
135
137
138
-3.521
-3.591
-3.623
-3.662
Economie
-112
-114
-121
-117
1.164
1.186
1.209
1.232
1.052
1.072
1.088
1.115
Onderwijs
-2.033
-2.041
-2.058
-2.059
139
141
143
146
-1.894
-1.900
-1.915
-1.914
Sport, cultuur en recreatie
-5.451
-5.528
-5.608
-5.657
1.075
1.096
1.116
1.138
-4.375
-4.433
-4.492
-4.520
Sociaal domein
-15.203
-15.089
-15.153
-15.182
2.732
2.732
2.732
2.732
-12.471
-12.357
-12.420
-12.450
Volksgezondheid en milieu
-7.658
-7.873
-7.836
-7.954
7.786
8.030
7.966
8.071
128
157
130
117
Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing
-1.751
-1.787
-1.824
-1.862
1.046
1.066
1.087
1.108
-705
-721
-737
-754
Totaal
-51.306
-52.093
-52.544
-53.481
51.306
52.093
52.544
53.481
0
0
0
0
Totaal lasten
-51.306
-52.093
-52.544
-53.481
Totaal baten
51.306
52.093
52.544
53.481
Bijgestelde stand meerjarenbegroting 2020-2023, incl. mutaties
0
0
0
0
Meerjarenbegroting
Overzicht baten en lasten
Economische categorie Lasten (x € 1.000)
Begroting
2020Raming
2021Raming
2022Raming
2023Totaal 1. Salarissen en sociale lasten
-14.360
-14.593
-14.908
-15.229
Totaal 2. Belastingen
-384
-391
-399
-406
3.2 Duurzame goederen
-21
-21
-21
-22
3.3 Pachten
-0
-0
-0
-0
3.4.1 Sociale uitkeringen in natura
-6.492
-6.498
-6.504
-6.510
3.5.1 Ingeleend personeel
-514
-471
-480
-488
3.8 Overige goederen en diensten
-12.733
-13.138
-13.340
-13.944
3.8.9 Onvoorzien
-50
-50
-50
-50
Totaal 3. Goederen en diensten
-19.810
-20.178
-20.395
-21.014
4.1.1 Sociale uitkeringen in geld
-3.126
-3.126
-3.130
-3.130
4.2 Subsidies
-3.201
-3.227
-3.282
-3.338
4.3.1 Inkomensoverdrachten - Rijk
-101
-111
-112
-114
4.3.2 Inkomensoverdrachten - gemeenten
-184
-189
-159
-159
4.3.3 Inkomensoverdrachten - gemeenschappelijke regelingen
-5.716
-5.794
-5.790
-5.811
4.3.8 Inkomensoverdrachten - overige instellingen en personen
-164
-160
-161
-161
4.4.8 Kapitaaloverdrachten - overige instellingen en personen
-92
-92
-92
-92
Totaal 4. Overdrachten
-12.584
-12.699
-12.726
-12.805
5.1 Rente
-486
-453
-432
-350
Totaal 5. Rente en dividend
-486
-453
-432
-350
7.1 Mutatie reserves
-57
-59
-60
-61
7.2 Mutatie voorzieningen
-1.047
-1.065
-1.083
-1.171
7.3 Afschrijvingen
-2.578
-2.654
-2.542
-2.445
Totaal 7. Verrekeningen
-3.682
-3.778
-3.685
-3.677
Totaal lasten
-51.306
-52.093
-52.544
-53.481
Totaal 7.1/Saldo meerjarenbegroting
0
0
0
0
TOTAAL LASTEN
-51.306
-52.093
-52.544
-53.481
SALDO
0
0
0
0
Economische categorie Baten (x € 1.000)
Begroting
2020Raming
2021Raming
2022Raming
20232.2.1 Belastingen op producenten
11.226
11.444
11.367
11.893
2.2.2 Belastingen op huishoudens
2.646
2.744
2.845
2.951
Totaal 2.Belastingen
13.872
14.188
14.512
14.844
3.2 Duurzame goederen
0
0
0
0
3.3 Pachten
1.083
1.087
333
336
3.4.2 Eigen bijdrage en verhaal sociale uitkeringen in natura
175
175
175
175
3.6 Huren
1.262
1.283
1.304
1.325
3.7 Leges en andere rechten
5.997
6.123
6.250
6.364
3.8 Overige goederen en diensten
1.151
1.164
1.376
1.390
Totaal 3. Goederen en diensten
9.668
9.832
9.438
9.590
4.3.1 Inkomensoverdrachten - Rijk
24.538
24.962
25.235
25.915
4.3.2 Inkomensoverdrachten - gemeenten
1.506
1.532
1.558
1.554
4.3.3 Inkomensoverdrachten - gemeenschappelijke regelingen
540
549
558
568
4.3.4 Inkomensoverdrachten - provincies
0
0
0
0
4.3.8 Inkomensoverdrachten - overige instellingen en personen
20
20
21
21
Totaal 4. Overdrachten
26.604
27.063
27.373
28.058
5.1 Rente
22
21
21
20
5.2 Dividenden en winsten
441
215
215
215
Totaal 5. Rente en dividend
463
236
236
235
7.1 Mutatie reserves
337
231
229
230
7.2 Mutatie voorzieningen
257
315
72
0
Totaal 7. Verrekeningen
594
546
301
230
Totaal baten
51.200
51.865
51.860
52.958
Totaal 7.1/Saldo meerjarenbegroting
106
228
684
523
TOTAAL BATEN
51.306
52.093
52.544
53.481
Bedragen x € 1.000
Begroting
2020Raming
2021Raming
2022Raming
2023Algemene dekkingsmiddelen
33.090
33.502
33.457
34.380
Onttrekkingen aan reserves
443
459
913
753
Dekkingsmiddelen programma's
17.773
18.132
18.174
18.348
TOTAAL BATEN
51.306
52.093
52.544
53.481
Meerjarenbegroting
Incidentele baten en lasten
I N C I D E N T E L E L A S T E N
2020
2021
2022
2023
Taakveld
PROGR. 0: BESTUUR EN ONDERSTEUNING
-341.223
-70.000
-60.000
-68.000
0.2
Verkiezingen
-40.000
-60.000
-68.000
0.4
Salariskosten boven formatief
-74.023
0.4
Frictiebudget organisatieontwikkeling
-150.000
0.4
Generatiepact
-75.000
0.4
Stichting RIJK, afname inkoop van 5 naar 4 dagen
-30.000
-30.000
0.4
Salariskosten tijdelijke contracten JZ
-12.200
Taakveld
PROGR. 1: VEILIGHEID
-36.946
-73.753
0
0
1.1
Brandweer; studiekosten en opleidingen
-6.871
-6.988
1.1
Brandweer; specifieke verbruiksgoederen
-3.696
-3.759
1.1
Brandweer; overige diensten
-26.379
-63.006
Taakveld
PROGR. 3: ECONOMIE
0
0
-5.410
0
3.2
Vervangen elektrakast Bloemendaalseweg 240
-5.410
Taakveld
PROGR. 5: SPORT, CULTUUR EN RECREATIE
-50.000
0
0
0
5.7
Plankosten vergroten natuur en biodiversiteit
-50.000
Taakveld
PROGR. 6: SOCIAAL DOMEIN
-159.895
0
0
0
6.1
75 Jaar bevrijding
-25.425
6.1
Subsidie Veilig Thuis, wegwerken achterstanden
-28.000
6.2
CJG Kennemerland, intensivering Sociaal Domein
-50.700
6.2
Preventief jeugdbeleid, intensivering Sociaal Domein
-55.770
Taakveld
PROGR. 7: VOLKSGEZONDHEID EN MILIEU
-15.000
-5.408
0
0
7.1
Vervangen elektrakast Bennebroekerlaan 5 t.o.
-5.408
7.4
Opslag verontreinigde grond
-15.000
TOTAAL INCIDENTELE LASTEN
-603.064
-149.161
-65.410
-68.000
TOTAAL INCIDENTELE BATEN
1.088.590
756.537
0
0
SALDO INCIDENTELE LASTEN EN BATEN
485.526
607.376
-65.410
-68.000
I N C I D E N T E L E B A T E N
2020
2021
2022
2023
Taakveld
PROGR. 0: BESTUUR EN ONDERSTEUNING
1.088.590
756.537
0
0
0.5
Dividend Eneco
225.583
0.10
Onttrekking egalisatiereserve sociaal domein
106.470
0.64
Precariobelasting kabels en leidingen
756.537
756.537
0
TOTAAL INCIDENTELE BATEN
1.088.590
756.537
0
0
Toelichting incidentele lasten en baten
Lasten
Verkiezingen
De reguliere formatie c.q. de begroting voorziet niet in de organisatie van te houden verkiezingen. Niet elk jaar vinden verkiezingen plaats. In 2020 zijn er geen verkiezingsmomenten. In 2021 en 2022 staan respectievelijk de Tweede Kamer en de gemeenteraad op het programma. In 2023 staat een gecombineerde verkiezing voor Provinciale Staten en het Waterschap op het programma.Salariskosten boven formatief
De overeenkomst met een voormalig medewerker loopt in september 2020 af.Frictiebudget organisatieontwikkeling
Ten behoeve van de organisatieontwikkeling zijn bij de vaststelling van de begroting 2018 additionele middelen voor de planperiode 2018-2020 beschikbaar gesteld voor tijdelijke extra inzet, aanvullende begeleiding en facilitering voor het veranderingsproces. Dit proces ziet op de transitie naar meer accent op participatieve werkwijze, samenwerking met Heemstede en verdergaande digitalisering.Generatiepact
Het budget generatiepact is vanaf 2021 verlaagd naar € 0. Voor 2020 is deze begrotingspost als incidenteel gelabeld.Stichting Rijk, afname inkoop van 5 naar 4 dagen
St. Rijk wil kennis gaan organiseren rond fysieke inrichting van gemeenten (buurt), sociaal domein (burger) en bedrijfsvoering. Ook wil st. Rijk meer kennis rond MVI in huis halen. Verder wordt om sneller op de vragen van gemeenten in te spelen een flexibele pool opgericht. Naar aanleiding van het 213a onderzoek st. Rijk uit 2017 is inmiddels de samenwerking met st. Rijk verbeterd en de versterking van de organisatie die st. Rijk de komende jaren door wil voeren sluit hier goed bij aan. Voorstel is daarom om tot de periode t/m 2021 akkoord te gaan met budgetverhoging maar daarna het budget te verlagen door het aantal ingekochte dagen bij st. Rijk te verlagen van 5 naar 4 dagen per week.Salariskosten tijdelijke contracten JZ
Ter uitvoering van de aangenomen motie in de raad van 22 mei 2019 worden 2 van de 3 fte van het team juridische zaken ten behoeve van het goed en tijdig beantwoorden van vele raadsvragen, WOB-verzoeken, e.d. op tijdelijke basis ingevuld.Brandweer
De raad heeft op 4 juli 2019 ingestemd met de invoering van een nieuwe bluswatervoorziening door middel van (de aanschaf van) watertankwagens. De hieruit voortvloeiende structurele financiële effecten maken onderdeel uit van de begroting van de VRK. Met de komst van deze “repressieve oplossing” komen op termijn lasten van de begroting te vervallen. Dit betreffen de kosten van de brandkranen, materialen en gemeentelijke oefeningen. Deze kunnen als incidenteel worden aangemerkt. Daarnaast is voor het begrotingsjaar 2021 een incidenteel budget benodigd van € 36.179 t.b.v. de implementatie, zoals opleidingen en trainingen van personeel m.b.t. het gebruik van de watertankwagens.Vervangen elektrakast Bloemendaalseweg 240
De elektrakast op de parkeerplaats bij AH in Overveen wordt in 2022 vervangen.Plankosten vergroten natuur en biodiversiteit
In het Bloemendaalse coalitieakkoord 2018-2022 is duurzaamheid op alle beleidsterreinen een belangrijk speerpunt en een en ander moet leiden tot het maken van een plan gericht op het versterken van natuur en biodiversiteit. Het maken van dat plan vereist ecologische kennis waarvoor externe expertise moet worden betrokken. Hiervoor is € 50.000 als incidenteel budget in de begroting opgenomen.75 Jaar bevrijding
Ten behoeve van het 75 jarig bevrijdingsfeest is een eenmalig budget van € 25.425 opgenomen onder het taakveld ‘Samenkracht en burgerparticipatie’.Verhogen subsidie Veilig Thuis
Naast de structurele verhoging van de subsidie voor Veilig Thuis, is er in 2020 eenmalig extra budget nodig voor het wegwerken van de achterstanden. Er wordt tijdelijk extra personeel aangetrokken om de wachtlijsten weg te werken.Intensivering activiteiten Sociaal Domein
Op basis van het beleidsplan Sociaal Domein 2019/2022 zijn bij de vaststelling van de begroting 2019 voor de begrotingsjaren 2019 en 2020 incidentele budgetten van respectievelijk € 110.000 en € 106.470 beschikbaar gesteld als impuls c.q. intensivering van het inmiddels in uitvoering zijnde beleid. Het betreft uitgaven voor een pilot praktijkondersteuner huisartsen, de instelling van een jongerenraad, aansluiting zorgnetwerk onderwijs met jeugdhulp en inzet op effectief bewezen interventies (cursussen en scholing). De lasten worden onttrokken aan de bestemmingsreserve sociaal domein. De reserve is hiervoor toereikend. Zie ook de batenkant.Vervangen elektrakast Bennebroekerlaan 5 t.o.
De elektrakast op de parkeerplaats bij het V. Lieroppark in Bennebroek wordt in 2021 vervangen.Opslag verontreinigde grond
Eind 2016 zijn werkzaamheden uitgevoerd aan het watersysteem in het Rottegat te Bennebroek. Bij het verbreden van sloten is grond vrijgekomen waaruit is gebleken dat de grond is verontreinigd met pfos. Nader onderzoek is nodig om de schadelijkheid voor de volksgezondheid te meten. Tot die tijd mag de grond niet worden verwerkt of opgeslagen buiten een geschikte inrichting. De grond is opgeslagen op het depot van Afvalzorg in Nauerna. De grond mag daar maximaal 3 jaar worden opgeslagen. In afwachting van het beschikbaar komen van normen en/of reinigingstechnieken is er geen andere mogelijkheid dan tijdelijke opslag bij Afvalzorg tegen het daarvoor geldende tarief van € 1,50 per ton per maand. In de begroting dient rekening te wordenBaten
Dividend Eneco
De gemeente Bloemendaal bezit 16.490 aandelen Eneco à € 100 nominaal (0,33% van de aandelen). De dividendopbrengsten maakten tot de begroting 2019 onderdeel uit van de structurele baten. Met de voorgenomen verkoop van dit aandelenbezit wordt de verwachte dividendopbrengst voor 2020 als incidenteel gelabeld.Onttrekking reserve Sociaal Domein
Op basis van het beleidsplan Sociaal Domein 2019/2022 zijn bij de vaststelling van de begroting 2019 voor de begrotingsjaren 2019 en 2020 incidentele budgetten van respectievelijk € 110.000 en € 106.470 ten laste van de bestemmingsreserve Sociaal Domein beschikbaar gesteld. Zie ook de lastenkant.Precariobelasting kabels en leidingen
De mogelijkheid om precario op netwerken te heffen vervalt per begrotingsjaar 2022. Vanaf dat moment valt een substantieel deel ad € 756.537 als structureel inkomstenpost uit de begroting weg. Tot die tijd worden de ontvangen inkomsten als incidenteel aangemerkt.Meerjarenbegroting
Structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves
Structurele toevoegingen reserves:
Naam reserve
2020
2021
2022
2023
Egalisatiereserve begraafplaatsen
57.490
58.582
59.695
60.829
57.490
58.582
59.695
60.829
Structurele onttrekkingen reserves:
Naam reserve
2020
2021
2022
2023
Dekkingsreserve rioolvernieuwingen
-74.503
-74.503
-70.749
-70.749
Dekkingsreserve riolering buitengebied
-25.359
-25.359
-25.359
-25.359
Dekkingsreserve bergingscapaciteit riolering
-48.094
-48.094
-48.094
-48.094
Egalisatiereserve begraafplaatsen
-57.490
-58.582
-59.695
-60.829
Reserve explosievenopruiming
-25.000
-25.000
-25.000
-25.000
-230.446
-231.538
-228.897
-230.031
Meerjarenbegroting
Ontwikkeling EMU saldo
Vraag
2019
2020
2021
2022
2023
volgens realisatie t/m augustus 2019, aangevuld met raming resterende periode (x € 1.000)
volgens
begroting
2020 (x € 1.000)volgens
MJB
(x € 1.000)volgens
MJB
(x € 1.000)volgens
MJB
(x € 1.000)+ 1
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)
-2.264
-385
-401
-853
-692
+ 2
Afschrijvingen ten laste van de exploitatie
2.597
2.577
2.946
2.915
3.145
+ 3
Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie
1.077
1.047
1.065
1.083
1.171
- 4
Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd
5.600
7.693
6.839
7.071
1.257
+ 5
Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4
0
0
0
0
0
+ 6
Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie verantwoord
0
0
0
0
0
- 7
Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan)
0
0
0
0
0
Baten bouwgrondexploitatie:
+ 8
Baten voor zover transacties niet op exploitatie verantwoord
16
15
15
15
14
- 9
Lasten op balanspost Voorzieningen voor zover deze transacties met derden betreffen
1.176
1.282
1.305
1.108
1.013
- 10
Lasten i.v.m. transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten
0
0
0
0
0
11
Verkoop van effecten:
11a
Gaat u effecten verkopen? (ja/nee)
nee
nee
nee
nee
nee
- 11b
Zo ja, wat is bij verkoop de verwachte boekwinst op de exploitatie?
0
0
0
0
0
Berekend EMU-saldo
-5.350
-5.720
-4.518
-5.020
1.369
Meerjarenbegroting
Geprognoticeerde balans per ultimo 2018-2023
ACTIVA
Rekening 2018
Begroting 2019
Begroting 2020
Raming 2021
Raming 2022
Raming 2023
1.
Vaste Activa
1a
Immateriële vaste activa
0
0
0
0
0
0
1b
Materiële vaste activa
- investeringen met een economisch nut
31.956
30.341
29.022
27.565
26.182
24.854
- investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden gegeven
21.577
22.919
22.377
21.700
21.050
20.404
- investeringen in openbare ruimte met alleen maatschappelijk nut
7.207
8.068
9.127
8.606
8.097
7.626
1c
Financiële vaste activa
- kapitaalverstrekking aan deelnemingen
345
345
345
345
345
345
- kapitaalverstrekking aan overige verbonden partijen
34
34
34
34
34
34
- overige langlopende leningen
341
832
817
801
785
769
- overige uitzettingen met een looptijd >1 jaar
0
0
0
0
0
0
2.
Vlottende Activa
2a
Voorraden
- grond/ en hulpstoffen niet in exploitatie genomen bouwgronden
0
0
0
0
0
0
- onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie
0
0
0
0
0
0
2b
Uitzettingen met een looptijd korter dan één jaar
7.792
6.000
6.000
6.000
6.000
6.000
2c
Liquide Middelen
386
0
0
0
0
0
2d
Overlopende activa
2.937
1.800
1.800
1.800
1.800
1.800
Totaal Activa
72.574
70.339
69.521
66.850
64.292
61.831
PASSIVA
Rekening 2018
Begroting 2019
Begroting 2020
Raming 2021
Raming 2022
Raming 2023
3.
Vaste Passiva
3a
Eigen vermogen
- algemene reserve
20.778
19.261
19.156
18.928
18.244
17.721
- bestemmingsreserves
9.387
8.195
7.915
7.742
7.573
7.404
- gerealiseerd resultaat
-445
0
0
0
0
0
3b
Voorzieningen
3.321
2.882
2.648
2.408
2.383
2.541
3c
Vaste schulden met een looptijd van één jaar of langer
- onderhandse leningen
28.800
22.650
21.500
20.350
19.200
18.050
- waarborgsommen
6
5
5
5
5
5
4.
Vlottende Passiva
4a
Netto vlottende schulden korter dan één jaar
- banksaldo
0
9.546
8.997
8.117
7.588
6.811
- overige schulden
7.042
5.000
6.000
6.000
6.000
6.000
4b
Overlopende passiva
3.686
2.800
3.300
3.300
3.300
3.300
Totaal Passiva
72.574
70.339
69.521
66.850
64.292
61.831